De elektriciteitsvoorschriften
Een Franse groepenkast heeft veel meer groepen dan in Nederland en bevat dus onbekende onderdelen - zelfs voor Nederlanders met een goede kennis van elektrische installaties.
Bovendien is er de barrière van de Franse terminologie. Ook ouderwetse groepenkasten komen nog veel voor: een houten plank met zekeringen met losse smeltdraden. Een dergelijke installatie krijgt terecht een aantekening in het rapport over de elektrische installatie. Als u een huis in Frankrijk koopt met een dergelijke installatie, is het sterk aan te raden te investeren in een nieuw tableau électrique.
De elektrische installatie – bij nieuwbouw en volledige renovatie – dient te voldoen aan de zogenaamde NF C 15-100 normen. Dit is niet hetzelfde als de NEN 1010-normen. De Franse normen gelden voor de manier waarop de installatie moet zijn aangelegd, en deels ook voor de gebruikte materialen. Die moeten niet alleen het CE-keurmerk hebben, maar ook een NF-keurmerk.
Een gewone Franse aansluiting bestaat uit 1 fase (monophasé). Een 3 fase groepenkast (triphasé) komt wel voor bij grotere panden en panden voor industrieel of commercieel gebruik. In dat geval voeren drie stroomaanvoerkabels van 230 V het pand aan. Tussen die drie fasedraden onderling bestaat een spanning van 400 Volt. Toch wordt dit al te vaak, ook in panden met drie fasen, onder handen genomen door doe-het-zelvers zonder goede kennis van zaken.
Afhankelijk van hoe oud de installatie is, bevinden de stroombeveiliging (coupe circuit), een elektromechanische meter (compteur) en de hoofdschakelaar (disjoncteur de branchement) zich binnenshuis of gedeeltelijk of geheel buitenshuis. Als de aansluiting niet direct toegankelijk is vanuit het woonhuis levert dit al een punt van kritiek op in het rapport over de elektrische installatie.
De meter en de hoofdschakelaar zijn bevestigd op een houten montagebord (le panneau de comptage), of zijn geïntegreerd in een kast (la gaine technique de logement). Een ouderwetse installatie, ook als hij goed werkt, krijgt een aantekening in het rapport over de elektriciteitsinstallatie.
De Franse hoofdschakelaar verschilt van de Nederlandse, die alleen maar een mechanische schakelaar is. De Franse disjoncteur de branchement heeft ook de functie van stroombegrenzer. Aangezien het uitschakelen in noodgevallen (coupure d’urgence) snel moet kunnen gebeuren, hoort een dergelijke disjoncteur dus altijd binnenshuis aanwezig te zijn. Veel buitenlandse doe-het-zelvers zien deze functie over het hoofd, wat een opmerking in het rapport oplevert.
Deze disjoncteur kan tenslotte ook nog de functie van aardlekschakelaar (disjoncteur différentiel) vervullen. Voor wie de aardlekschakelaar niet kan vinden: in het Frans wordt dit aangeduid met Appareil Général de Commande et de Protection (AGCP), met Interrupteur Différentiel (ID) of met Détection Différentielle à courant Résiduel (DDR). Deze aardlekschakelaars zijn verplicht in nieuwbouw- en renovatieprojecten. Voor uw eigen veiligheid brengt u dit ook maar beter aan in bestaande installaties. In de meeste Franse huizen zijn niet alle circuits van een aardlekschakelaar voorzien, en elk niet-beschermd circuit levert een aantekening op in het rapport. Vaak ontbreekt een goede aardleiding, is hij gecorrodeerd of ontbreekt een mogelijkheid om aarding van de installatie te kunnen meten. De lijst met afwijkingen wordt zo snel langer en dit zijn alleen nog maar de afwijkingen die niet tot onveilige situaties leiden.
Behalve taalverschillen zijn er ook behoorlijk wat materiële verschillen tussen de Nederlandse en Franse groepenkast, nl. de inhoud ervan alsook de manier van aansluiten. Bij de Nederlandse kast zit de stroomtoevoer aan de onderkant van de modules; in Frankrijk is dat precies andersom. Op de Franse disjoncteurs wordt de phase (rood) op de rechteraansluiting bevestigd, en de neutre (blauw) aan de linkerkant, waar een N staat. In Nederland is dat precies omgekeerd. Tot slot sluiten we in Nederland op één disjoncteur zowel lichtpunten als stopcontacten aan; in Frankrijk is dit nadrukkelijk verboden. Lichtpunten gaan over separate groepen (circuits éclairage) en stopcontacten over andere (circuits prises). Een op de Nederlandse manier of met Nederlandse materialen gemonteerde installatie kan dus rekenen op een lijst afkeurende opmerkingen in het rapport.
Andere afzonderlijke aantekeningen in het rapport kunnen zijn: elk stukje draad zonder isolatie, elk kroonsteentje, elk losliggend stopcontact (in Frankrijk vaak nog met klemmetjes in de muur bevestigd, in plaats van geschroefd), of elk stukje verdroogde isolatie.